scheelsten [adj.]
Nominativscheelste
Akkusativscheelsten
Dativscheelsten
Genitivscheelsten
Nominativscheelste
Akkusativscheelste
Dativscheelsten
Genitivscheelsten
Nominativscheelste
Akkusativscheelste
Dativscheelsten
Genitivscheelsten
Nominativscheelsten
Akkusativscheelsten
Dativscheelsten
Genitivscheelsten
Nominativscheelster
Akkusativscheelsten
Dativscheelsten
Genitivscheelsten
Nominativscheelste
Akkusativscheelste
Dativscheelsten
Genitivscheelsten
Nominativscheelstes
Akkusativscheelstes
Dativscheelsten
Genitivscheelsten
Nominativscheelsten
Akkusativscheelsten
Dativscheelsten
Genitivscheelsten
Nominativscheelster
Akkusativscheelsten
Dativscheelstem
Genitivscheelsten
Nominativscheelste
Akkusativscheelste
Dativscheelster
Genitivscheelster
Nominativscheelstes
Akkusativscheelstes
Dativscheelstem
Genitivscheelsten
Nominativscheelste
Akkusativscheelste
Dativscheelsten
Genitivscheelster
(Pos.)/?
(Komp.)/?
(Super.)/?
Outras palavras (mesmo modelo) :
rastendsten vehementesten engstirnigsten deformierendsten eingebläutesten hurtigsten belebtesten edelsten gekräuseltesten fransendsten energiereichsten notwendigsten konservativsten animalischsten becirctesten zerscheuertesten bestärktesten liebenswürdigsten mopsendsten eingesautesten ... (8179 words)